Sarah Blom ontwikkelde haar indrukwekkende muziektheatershow DAG MAMA, die inmiddels al meer dan 300.000 mensen heeft mogen helpen in het omgaan met dementie. Eerder schreef ze ook een bestseller vol tips over omgaan met dementie ‘JIJ bent toch mijn dochter. Dit boek over omgaan met dementie heeft vele harten mogen raken met kennis en inzichten. Beleef het ook: DAG MAMA, indrukwekkende muziektheatershow over omgaan met dementie.
Ze vluchten onder de trap. Zijn moeder grijpt zijn zusjes bij de hand terwijl Klaas, de oudste van het gezin, het op een oorverdovend schreeuwen zet. Hysterisch. Sidderend van angst, moederziel alleen, staat hij bij de trap, terwijl de geluiden van bommen en sirenes hem om de oren vliegen. Zijn moeder troost hem niet. Zijn geschreeuw gaat door merg en been.
Zo ook vandaag de dag, zo’n 75 jaar later, wanneer je langs zijn kamer in het verpleeghuis loopt. Klaas de Wit. Het is een bijzondere man. Nooit eerder kwam ik in aanraking met iemand van wie het gedrag zo sterk wisselt. De ene dag kun je een goed gesprek met hem voeren, is hij helder, alert, zelfs snedig in zijn uitspraken. De andere dag wordt hij volledig in beslag genomen door angst en kun je niet tot hem doordringen. Hij schreeuwt hij het uit: ‘Mijn benen zitten vast, help dan toch, alsjeblieft help me!’ Hij hallucineert urenlang, aan een stuk door.
‘Ik weet niet goed hoe het is begonnen’, vertelt zijn dochter. ‘Toen mijn moeder werd opgenomen in het ziekenhuis voor een heupoperatie, nam ik mijn vader in huis. Gek genoeg was het de mooiste tijd van mijn leven. Oké, soms verward, dement zeer zeker, maar we hadden lol samen. We bladerden door fotoboeken, spraken over vroeger, aten samen, lachten om de stomste dingen. Nooit eerder had ik zulk contact gehad met mijn vader. Het was alsof de dementie mij een vader gaf die ik nooit had gehad’. En zo plotsklaps wordt hij mij weer ontnomen. Ik krijg vaak geen contact meer, hij praat met ene Kees, een denkbeeldige vriend. Hij bevindt zich in een andere wereld’.
Daar zitten we dan. De dochter van meneer de Wit en ik, aan een veel te grote vergadertafel. Ik zie de pijn in haar ogen om het gemis van haar vader. Ze vecht tegen de tranen. De dementie, daar kan ze mee leven, het gaf haar zelfs de vader waar ze jaren naar verlangde, al was het maar voor even. Maar de hallucinaties, daar kan ze niet mee leven, ze hebben haar vader weggekaapt. Het liefst zou ik naar haar toe lopen om een arm om haar heen te slaan. Ze bezoekt haar vader dagelijks en baant zich dapper een weg door de mist van dementie. ‘Wat ik ook doe, niks helpt, ik probeer hem iedere keer gerust te stellen, te zeggen dat het niet zo is. Het ergste vind ik dat hij denkt dat zijn benen vast zitten, dan wil hij niet lopen en blijft zitten, soms urenlang. De zorg zei dat het goed zou zijn een gesprek met u te hebben.
Ze kijkt mij hoopvol aan. Het beeld van de heer de Wit is inderdaad ongrijpbaar en grillig. Hij is vaak afwezig en heeft last van hallucinaties die hem veel angst inboezemen. Of hij is volledig in de ban van zijn denkbeeldige, onzichtbare vriend Kees.
Ik wil haar graag helpen en ben blij met ons gesprek. Het geeft mij de kans een beeld te vormen van de voorgeschiedenis van de heer de Wit. Zonder kennis van iemands levensgeschiedenis blijft een cliënt slechts een persoon met een diagnose en kamernummer. De dochter kan mij helaas niet veel vertellen. Haar vader was een gesloten man, toonde nooit zijn gevoelens en sloot zich vaak op in zijn studeerkamer. ‘Wel kan ik je vertellen dat we als kinderen nooit mochten rennen, mijn vader was altijd bang dat we zouden vallen’.
Met deze woorden in mijn achterhoofd begin ik aan mijn ontdekkingsreis. Ik pak mijn pen en kladblok en loop naar de lift. Mijn reis voert mij naar de 2e verdieping, naar kamernummer 14.
Ik klop aan ‘Ja, binnen’. Een allervriendelijkste, innemende man begroet mij ‘dag mejuffrouw, waar heb ik dit bezoek aan te danken? ‘Dag meneer de Wit, ik kom nader kennis met u maken, vindt u dit goed? ‘Ja hoor, een praatje kan ik wel waarderen’. Een knappe charismatische man kijkt mij aan. Weinig rimpels, een mooie haardos met ouderwetse slag. Ik wijs naar de fauteuil in zijn kamer ‘Mag ik hier zitten?’ Hij knikt’ ‘Ziet u mij goed?’ ‘Ja, blauwe ogen‘. Ik lijk de heer op een goed moment te treffen. Ik kijk rond en overal waar ik kijk zie ik boeken. Eindeloos veel boeken. Even denk ik in een studeerkamer te zijn beland in plaats van in een verpleeghuis appartement. Boeken over treinen, auto’s, rivieren, wereldsteden. De hele wereld lijkt zich in deze (kleine) kamer af te spelen. De Wit oogt helder en zijn aandacht is goed trekken. Hij lacht vriendelijk. Zijn denkbeeldige vriend Kees lijkt niet aanwezig te zijn en De Wit lijkt op het eerste gezicht niet te hallucineren. Maar is dit ook echt zo? Mijn ervaring heeft mij geleerd dat het weinig zinvol is hier direct naar te vragen. Menigeen kent het woord hallucinatie niet (‘Wat zegt u nou, alimentatie?!’). En als het al begrepen wordt, is het nog maar de vraag of men hiervoor wil of durft uit te komen. Uit angst voor gek te worden versleten. Dus volg ik zijn blikken, zijn kijkrichting, doe zelf eventjes helemaal niks. En als ik al wat vraag, is er eigenlijk maar één vraag die werkt: ‘wordt u op dit moment ergens door afgeleid?’ Deze vraag levert vaak aan schat aan informatie op. ‘Nee hoor’.
Mijn vermoedens worden bevestigd, zijn bewustzijn is helder. ‘Meneer de Wit, ik ben gevraagd om bij u langs te komen, ik weet zelf niet goed waarvoor, heeft u misschien een idee?’ Deze vraag zal u misschien verbazen, ik weet immers toch waarvoor ik kom, maar ik kan u zeggen, deze vraag werkt uitermate goed. Je kunt geheel onbevangen het gesprek in gaan. Het gesprek wordt niet onnodig door mij gestuurd en beïnvloedt. Ik wil de wereld beleven door zijn ogen. Het levert vaak de mooiste inzichten op en dat is dit keer niet anders ‘Ik weet waarom u hier bent. U denkt het ook, dat het niet waar is. Ik ben niet gek, ik blijf hier, alleen of met Kees. Kees ken ik van de HTS, je kent elkaar en dat blijft dan altijd zo. Het is net alsof dat nooit verandert. Veel zijn hier bang en alleen.
En zo begon ons gesprek, dat nog een half uur zou duren. Momenten van verwardheid wisselden zich af met kristalheldere momenten. Meneer de Wit hallucineert, is verward, vergeet. Onmiskenbaar waar. Maar wat ook waar is, is dat hij een hele heldere geest heeft. Veel besef blijkt te hebben van zijn situatie. Temidden van al zijn boeken beleeft hij intense gevoelens: angst, verdriet, onmacht, maar ook blijdschap. Blijdschap vanwege zijn onzichtbare vriend Kees. Kees, die altijd klaarstaat voor de Wit en hem nooit tegenspreekt. Die hem eeuwig en altijd steunt in zijn angstige momenten. En niet zijn benen heen en weer beweegt, met alle goede bedoelingen, om hem ervan te overtuigen dat zijn benen niet vastzitten. Nee, Kees begrijpt dat de waarheid er niet toe doet. Dat pijn pijn is en erg erg, ongeacht of het waar of niet waar is. Hij is weliswaar onzichtbaar maar is als geen ander in staat om de Wit te geven wat hij nodig heeft. Erkenning en steun. Hij gelooft hem.
Dementie in Theater
DAG MAMA 1 & 2
De weken die volgden fungeerde ik steeds meer als een zichtbare vriend. Ik bezocht hem eens per week om naar hem te luisteren. Op goede momenten bladerden we samen door zijn boeken, soms las ik hem voor. Op moeilijke momenten ging ik mee in zijn verhaal. Ik stelde vragen over zijn hallucinaties en stond stil bij zijn emoties. Hiertoe paste ik technieken toe die uiterst effectief zijn bij hallucinaties. Wanneer er geen contact mogelijk was, bleef ik gewoon even bij hem zitten. Het team en dochter namen het al snel van mij over. En zo gebeurde het dat na weken van investeren de Wit op een doodgewone maandagochtend een bijzonder verhaal met zijn dochter deelde. Terwijl ze het schone wasgoed van haar vader in de kast legde, zoals ze dat elke maandag deed, vertelde hij plots over de onrustige benen waar hij als kleine jongen zoveel last van had. En hoe zijn moeder er een geheel eigen methode op nahield om ze tot rust te manen. Met touw bond ze zijn kleine beentjes stevig aan elkaar en zo zat hij dan, soms urenlang, op een houten stoel in de keuken.
De herkomst van zijn hallucinatie werd onthuld. De hallucinaties van de Wit waren vaak niet betekenisloos. Zoals bij veel hallucinaties bevatten ze een kern van waarheid. Waargebeurde verhalen worden (in fragmenten) levensecht herleefd. Met het delen van zijn verhalen, het delen en doorvoelen van zijn emoties en onze steun, kwamen zijn benen steeds minder vast te zitten en u raadt het misschien al; Kees kwam steeds minder vaak op bezoek.
Ervaar in het theater wat dementie met jouw naaste of cliënt doet. En wij beloven je dat jouw omgang met dementie niet meer hetzelfde zal zijn.
Dag Mama is de veelgeprezen muziektheatershow over omgaan met dementie.
Je krijgt de krachtigste omgangsmethodiek in handen voor de mooiste momenten samen. Want er is nog zoveel mogelijk! Ontdek het nu in het theater. Herkenbaar, ontroerend en levensveranderend.
Dag Mama toert nog één keer door Nederland. Met wie ga jij?